logo adda ruimtelijk denken klein

Groei door krimp
Groei door krimp

Werkweerk met 42 studenten interieur (Bachelor en Master) aan Artez Zwolle in de Marne (Wongema, Hornhuizen)

Groningen borrelt! Lokaal is voelbare energie aanwezig van ontluikende initiatieven door burgers en bedrijven in de gemeente De Marne. Bijzondere vormen van samenwerking komen tot stand met contacten zowel binnen als buiten de re- gio. Ontstaan door een gezamenlijk verlangen of pragmatisch ingestoken vanuit onvrede met het bestaande. Een intrige- rend ondernemerschap in de context van een van de sterkst krimpende gebieden van Noord-Nederland. Zijn dit de laatste stuiptrekkingen van een gebied waarboven donkere wolken zich samenpakken of zijn het bottom-up initiatieven die een nieuw perspectief ontwikkelen voor een vitaal platteland?

De opleving lijkt een tegenstelling in een gebied waar de komende jaren het aantal inwoners met een kwart zal afne- men. De helft van de jongeren zal verdwijnen en het aandeel ouderen met de helft toenemen. Dit is geen nieuw verschijn- sel, het doet zich al decennia lang voor. De verwachting is dat dit proces echter versneld zal plaatsvinden. Zichtbaar zijn inmiddels de leegstaande boerderijen en de verdwenen maatschappelijke voorzieningen zoals scholen en winkels. Is de verandering dramatisch of gewoon een natuurlijke golfbe- weging waar de inwoners het gebied zich op aanpassen? Hoe wordt dit ervaren? Wat zijn de emoties van de betrokkenen? En tot welke acties leidt dit?

Van 14 t/m 18 januari 2013 hebben studenten van de bachelor en de masteropleiding interieurarchitectuur van ArtEZ op locatie in de gemeente de Marne aan een methode gewerkt om initiatieven van burgers, bedrijven en overheden op een beeldende wijze in kaart te brengen. Het doel van de methode is om de gebruiker aan zet te krijgen, onderling te verbinden en de professional antwoorden te laten formuleren op werkelijk gestelde vragen.

De studenten hebben bijgedragen aan de start van een ‘emotionele kaart’ van de gemeente de Marne. Zeven groepen van 5 à 6 studenten hebben middels interviews het gebied en de verhalen in kaart gebracht. Met de betrokkenen is ge- reflecteerd op de resultaten. De resultaten van de werkweek en zijn samengevat in deze publicatie en de uitkomsten zijn gereflecteerd in de vorm van een ‘test-run’ met alle betrok- kenen.

De werkweek maakt onderdeel uit van een serie verkennin- gen voor een nieuwe aanpak die nodig is om leefbaarheid in de krimpregio De Marne te behouden en te versterken. De leegstaande boerderij Oud Bocum vormde in eerdere studies het vertrekpunt. De conclusies over mogelijke bestemmingen van de boerderij heeft bijgedragen aan het idee dat alleen een meervoudige programmatische invulling bijdraagt aan een duurzame oplossing van vastgoed welke hun functie hebben verloren. Vertalen we dit naar een gebied dan is het noodzakelijk om initiatieven te verbinden om zo een nieuwe robuuste sociaal economische structuur op te bouwen voor de regio.

De regio kan groeien door krimp!

krimp

Onder invloed van diverse crises verkeert de economie in zwaar weer. De woningbouwproductie is gestagneerd en regio Noord- Groningen heeft te kampen met leegloop van het platteland en trek naar de stad. Langzaamaan komt het besef dat krampachtig vasthouden aan het idee dat het morgen weer zo zal zijn als vroeger niet het gewenste resultaat gaat opleveren. Ook voor- zichtige vluchten vooruit om het oude systeem aan de praat

te houden hebben geen zin. Overheden en private partijen zijn op zoek naar oplossingen om te anticiperen op een onzekere toekomst. Acceptatie van de situatie zoals deze nu is kan de ruimte in het denken geven die nodig is om voorzichtig uit het oude iets nieuws op te bouwen. Gemeente De Marne zet in op deze koers.

kramp

De overheden mobiliseren denkkracht en ontwikkelen plannen om de krimp het hoofd te bieden. De lokale professionals en ingevlogen experts buigen zich over de kwesties en tegelijkertijd wordt in een paralleltraject aan de burger gevraagd wat ze van de plannen vinden. Het besef dat burgers nodig zijn om gezamen- lijk nieuwe oplossingen te verkennen is veelal een uitgangspunt. Echter de gebruikte communicatie middelen (kaartmateriaal, in vakjargon geschreven toelichting en visuals) laten matig toe

dat ontwikkelkracht van burgers ook daadwerkelijk effectief kan worden aangesproken. De primaire reactie op de idee- en plan- vorming is dan voornamelijk vanuit het eigen perspectief ge- formuleerd, wat doorgaans leidt tot een focus op de knelpunten en niet of in mindere mate op mogelijke kansen. De participatie trajecten hebben over het algemeen een informerend karakter en zijn vooral gericht op het vinden van draagvlak en legitimatie voor de plannen. Gebrek aan een passend instrumentarium staat een vruchtbaar dialoog in de weg om gezamenlijke kracht te ontwikkelen en de private en maatschappelijke vraagstukken in samenhang op te lossen.

de praktijk van gisteren

De professionals van gisteren konden hun bevindingen nog doorgeven aan de gebruikers, in deze tijd is echter een vloei- ender traject nodig van samen optrekken en ontwikkelen. Tot voor kort was er een scherpe scheidslijn tussen professionals en gebruikers. Elk hadden zij hun eigen werkgebied, taal, verant- woordelijkheden en dynamiek. Er vond weliswaar altijd een gesprek tussen beiden plaats, maar het proces van totstandko- ming van nieuwe initiatieven verliep hiërarchisch en rechtlijnig. Als de gekozen volksvertegenwoordiger nog eens herkozen wilde worden, diende hij zijn handelen te baseren op de wensen van zijn kiezers. Volgens dit systeem heeft de overheid gehandeld ten behoeve van de burgers.

de burger centraal

De afgelopen jaren is de mondigheid van de burger toegenomen en het besef gegroeid dat het handelen van professionals zich meer zou moeten richten op de belangen van de gebruikers. Nu de tijd van de aanbodsmarkt definitief stagneert en de systemen waarmee de lineaire processen werden gefinancierd piepend tot stilstand zijn gekomen kunnen we niet anders dan werken met nieuwe procesvormen waarbij de eindgebruiker als stuwende kracht optreedt.

“Hoe kan het palet van de bestaande instrumenten aangevuld worden op zodanige wijze dat er in een vroeg stadium een verbindende kracht ontstaat tussen professionals, bestuurders en burgers?”

nieuwe rollen en competenties

Dit betekent in de toekomst niet alleen voor de gebruiker een nieuwe onwennige rol als opdrachtgever, maar het dwingt ook de professional fundamenteel over zijn rol en positie na te denken. De gebruiker en de professional zullen een sterke verbinding moeten maken gedurende het hele traject van nieuwe initiatieven en de ontwikkeling van projecten. Een verbinding waarbij de scheidslijn tussen beiden vervaagt en waarin beide partijen elkaar nodig hebben om verder te komen. Hierbij wordt er continu een dialoog gevoerd en ontstaat er ruimte voor een vruchtbare kruisbestuiving.

 

 

 

  • Meer afbeeldingen:
  • Gerelateerd project:
    Eemsmond
    Eemsmond
    Voorbereiding woon-/leebaarheidsplan Eemsdelta Buitengebied Eemsmond De vraag bij dit pioniersproject was welke bijdrage de transformatie van agrarische bebouwing naar woon-werk- gebouwen kan levere...
    De beste-bal-theorie
    De beste-bal-theorie
    Inzending EO-Wijersprijsvraag 2011-2012 Wij introduceren een nieuwe manier van werken: de ‘Beste?bal?theorie’. Deze theorie is een werkmethode waarbij de ambitie voor de toekomst van de Veenkolon...
    Zomerschool
    Zomerschool
    Workshop “Ja! Wij gaan samen wonen!”, onderdeel van de zomerschool Oud Bocum Als onderdeel van de Zomerschool vond in de zomer van 2012 een workshop plaats op locatie te Oud Bocum. Deelnemers en ...
  • Documenten:
    Groei door krimp (Nederlands)
    Download >>
    Groei door Krimp (English)
    Download >>